refr.: Een jatihouten kist uit Jogyakarta Die reisde heel het leven met ons mee Een jatihouten kist uit Jogyakarta Herinneringen voor ons alletwee
Tussenstuk Een kist met daarin allerhande dingen De geur van kamfer komt je tegemoet Een kist vol weemoed en herinneringen Een kist die je maar zelden opendoet
Robbie's matrozenpakje, zonder knopen Een uitgesneden doos van klapperdop Getembelde bantal- en goelingslopen En Broers tjelana monjet, zijn hansop
En Oma's mooiste jurk vol zwarte gitten Haar djokdja-zilver kapstel... zonder kam Een kettinkje van grijze djalipitten Een bloes met Moesjes eigen monogram
refr.
Op Paatjes tropenhelm alleen wat vlekjes Al jaren ongebruikt, gebrek aan zon Zijn jas-toetoep met veel roestige plekjes Nog uit de tijd dat Paatje pas begon
Een kanten kleed, eens mooi, maar nu versleten En batiklappen, kains van Tante Jeanne Verteerd, verkleurd, vergeeld en ook vergeten Het weefsel in die jaren haast vergaan